Een wethouder is een belangrijke functie binnen het college van burgemeester en wethouders en kan worden vergeleken met een minister in het kabinet. De wethouders zijn verantwoordelijk voor specifieke taken en hebben een eigen portefeuille. Het aantal wethouders in een college varieert, maar er moeten minimaal twee en maximaal zeven wethouders zijn.
De taken van een wethouder kunnen sterk verschillen, afhankelijk van het aantal wethouders in het college. Eén wethouder is altijd verantwoordelijk voor de gemeentefinanciën. Daarnaast is er meestal een wethouder die zich bezighoudt met ruimtelijke ordening en een andere wethouder die verantwoordelijk is voor sociale zaken en werkgelegenheid. Andere onderwerpen, zoals dierenwelzijn, kunnen ook aan het takenpakket van een wethouder worden toegevoegd.
Wethouders worden benoemd door de gemeenteraad, meestal na de gemeenteraadsverkiezingen wanneer er een nieuwe coalitie wordt gevormd. De verdeling van portefeuilles in het college is vaak onderdeel van de onderhandelingen tussen de coalitiepartijen. Een wethouder treedt af als het ambtstermijn eindigt bij het aantreden van een nieuw college na verkiezingen. Ook kan een wethouder voortijdig aftreden, waarbij de gemeenteraad het laatste woord heeft. De redenen voor aftreden kunnen verschillen.
Hoe word je wethouder in Nederland?
Om wethouder te worden in Nederland, is er geen specifieke vereiste opleiding. De taken en verantwoordelijkheden worden geleerd na benoeming. Vaak hebben wethouders echter aanzienlijke management- of bestuurservaring. Belangrijke kwaliteiten en vaardigheden voor een wethouder zijn onder andere empathie, besluitvaardigheid, delegeren, motivatie, planning en flexibiliteit.
Het aantal wethouders in een gemeente hangt af van het aantal inwoners. Wethouders worden gekozen door de gemeenteraad en dienen een termijn van vier jaar. Ze vormen het College van Burgemeester en Wethouders, het uitvoerende bestuur van de gemeente. De wethouders werken volgens de richtlijnen van de gemeenteraad en zijn verantwoordelijk voor het verstrekken van noodzakelijke informatie aan de raad en haar commissies.
Als een wethouder het vertrouwen van de raad verliest, wordt hij of zij gedwongen om af te treden. Er is geen specifieke selectieprocedure voor wethouders, maar vaak wordt er gekeken naar relevante ervaring en geschiktheid voor de functie.
In het kort:
- Geen specifieke vereiste opleiding
- Wethouders hebben vaak management- of bestuurservaring
- Belangrijke kwaliteiten: empathie, besluitvaardigheid, delegeren, motivatie, planning en flexibiliteit
- Aantal wethouders afhankelijk van aantal inwoners
- Gekozen door gemeenteraad voor een termijn van vier jaar
- Onderdeel van het College van Burgemeester en Wethouders
- Verantwoordelijk voor verstrekken van informatie aan de gemeenteraad
- Wethouders worden gedwongen om af te treden bij het verlies van vertrouwen
- Geen specifieke selectieprocedure, maar ervaring en geschiktheid spelen vaak een rol
Lijst met de belangrijkste taken en verantwoordelijkheden van een wethouder in Nederland
Een wethouder in Nederland maakt deel uit van het college van burgemeester en wethouders. Ze zijn vergelijkbaar met ministers in het kabinet en zijn verantwoordelijk voor specifieke onderwerpen. Het aantal wethouders in een college varieert meestal tussen de twee en zeven.
Elke wethouder heeft een eigen takenpakket, ook wel de ‘portefeuille’ genoemd. Het takenpakket kan zeer uiteenlopend zijn en kan onder andere de gemeentefinanciën, ruimtelijke ordening, sociale zaken en werkgelegenheid omvatten. Soms worden er ook specifieke onderwerpen aan het takenpakket toegevoegd, zoals dierenwelzijn.
Wethouders worden aangesteld door de gemeenteraad, meestal na de gemeenteraadsverkiezingen wanneer er een nieuwe coalitie wordt gevormd. De verdeling van de portefeuilles binnen het college is vaak onderdeel van de onderhandelingen tussen de coalitiepartijen. Een wethouder treedt af wanneer de ambtstermijn eindigt bij het aantreden van een nieuw college na de verkiezingen. In sommige gevallen kan een wethouder ook voortijdig aftreden, waarbij de gemeenteraad het laatste woord heeft over het aanblijven of aftreden van de wethouder.
- Gemeentefinanciën
- Ruimtelijke ordening
- Sociale zaken
- Werkgelegenheid
- Dierenwelzijn
Het aantal wethouders in een gemeente is niet volledig afhankelijk van het aantal inwoners. De gemeenteraad bepaalt hoeveel wethouders er nodig zijn, met een boven- en ondergrens afhankelijk van het aantal inwoners. Grotere gemeenten hebben over het algemeen meer wethouders vanwege de verwachte hoeveelheid werkzaamheden voor het college.
Voor 2002 maakten wethouders deel uit van de gemeenteraad, maar sinds de invoering van de Wet dualisering gemeentebestuur in 2002 is dit niet meer toegestaan. Wethouders mogen niet meer deel uitmaken van de gemeenteraad en mogen niet stemmen over hun eigen voorstellen of positie.
Bevoegdheden van een wethouder in Nederland
Een wethouder in Nederland heeft verschillende bevoegdheden en verantwoordelijkheden binnen de gemeente. Hieronder volgt een gedetailleerde uitleg van deze bevoegdheden en besluitvormingsmogelijkheden:
- Wethouder zonder lidmaatschap van de gemeenteraad: Een wethouder kan geen lid zijn van de gemeenteraad. Deze functie staat los van het raadslidmaatschap.
- Benodigde verkiezing door de gemeenteraad: Wethouders worden gekozen door de gemeenteraad. Dit gebeurt nadat er een coalitieakkoord is gesloten tussen de politieke partijen die samen het college van burgemeester en wethouders vormen.
- Verschillende achtergronden: Wethouders kunnen afkomstig zijn uit de gemeenteraad, maar het is ook mogelijk dat zij van buiten de raad worden benoemd. Dit biedt de mogelijkheid om expertise van buiten aan te trekken.
- Voltijdse baan: Het wethouderschap is meestal een voltijdse baan en wethouders ontvangen een salaris. Hierdoor kunnen zij zich volledig richten op hun bestuurlijke taken en verantwoordelijkheden.
- Aantal wethouders per gemeente: Het aantal wethouders in een gemeente hangt af van het aantal inwoners. Over het algemeen varieert dit aantal tussen de twee en negen.
Het college van burgemeester en wethouders vormt het bestuur van de gemeente, waarbij de burgemeester als voorzitter fungeert. Het college heeft eigen bestuursbevoegdheden op basis van landelijke wetten en regelingen. Zij zijn verantwoordelijk voor de voorbereiding van zaken waarover de gemeenteraad besluit en voeren raadsbesluiten uit. Het college legt verantwoording af aan de gemeenteraad.
De gemeenteraad heeft als taak om het beleid van de gemeente vast te stellen en controleert of het college zijn bestuurstaken goed uitvoert. Zij stelt de grote lijnen vast voor het gemeentelijke beleid. De raadsleden vertegenwoordigen de inwoners van de gemeente en houden contact met hen om te weten wat er leeft in de gemeente. Daarnaast kan de gemeenteraad commissies instellen om de besluitvorming voor te bereiden en overleg te voeren met het college. Ook kunnen er adviescommissies en onderzoekscommissies worden ingesteld om specifieke aspecten van het gemeentelijk beleid te adviseren of te onderzoeken.
In de twee grootste steden van Nederland, Amsterdam en Rotterdam, zijn er ook bestuurscommissies (Amsterdam) of gebiedscommissies (Rotterdam) die taken en verantwoordelijkheden hebben voor een deel van de stad. De leden van deze commissies worden gekozen door de inwoners van het betreffende stadsdeel.
Overzicht van de vereiste kwalificaties, ervaring en vaardigheden om wethouder te worden in Nederland
Er zijn verschillende vereisten om wethouder te worden in Nederland. Om te beginnen moet de kandidaat een inwoner van de desbetreffende gemeente zijn. Dit houdt in dat ze daadwerkelijk in die gemeente wonen en actief betrokken zijn bij de lokale gemeenschap.
Een andere belangrijke vereiste is de leeftijd van de kandidaat. Om wethouder te worden, moet de kandidaat ten minste 18 jaar oud zijn. Dit zorgt ervoor dat de kandidaat volwassen genoeg is om verantwoordelijkheid te dragen voor het bestuur van de gemeente.
Bovendien is het hebben van kiesrecht essentieel. Een kandidaat mag niet uitgesloten zijn van het kiesrecht. Dit betekent dat ze stemgerechtigd moeten zijn en hun stem mogen uitbrengen bij de gemeenteraadsverkiezingen.
Als laatste vereiste, als de benoemde kandidaat geen onderdaan is van de Europese Unie, moet hij/zij ten minste 5 jaar legaal in Nederland hebben gewoond voordat hij/zij wethouder kan worden. Dit zorgt ervoor dat de kandidaat bekend is met de Nederlandse cultuur, wetten en waarden.
Naast deze vereisten zijn er ook beperkingen met betrekking tot onverenigbare betrekkingen met het lidmaatschap van de gemeenteraad. Een gemeenteraadslid mag bijvoorbeeld niet tegelijkertijd burgemeester, wethouder of ambtenaar zijn van dezelfde gemeente. Ook zijn er andere functies die niet gecombineerd mogen worden met het lidmaatschap van de gemeenteraad, zoals vermeld in de Gemeentewet.
Het geloofsbrievenonderzoek kijkt niet naar een eventueel strafblad of integriteit van de kandidaat, maar politieke partijen kunnen dit wel zelf meenemen in het selecteren en screenen van kandidaten. Zij kunnen desgewenst een ‘Verklaring Omtrent het Gedrag’ aanvragen voor kandidaten. Meer informatie over het geloofsbrievenonderzoek, hertelling en herstemming kan worden gevonden in Hoofdstuk V van de Kieswet.
Salaris van een wethouder in Nederland
Volgens de verstrekte informatie varieert het salaris van een wethouder in Nederland van €77.000 tot €160.000 per jaar. Dit bedrag is bruto per maand en onderhevig aan belasting. Wethouders ontvangen ook vakantiegeld en een eindejaarsbonus, die respectievelijk 8% en 8,3% van hun jaarlijkse salaris bedragen. Deze bedragen zijn van toepassing vanaf 1 april 2023.
Wethouders hebben een aanzienlijk salarisniveau. Dit stelt hen in staat om een comfortabel inkomen te verdienen dat past bij hun verantwoordelijkheden in de lokale politiek. Met een scala aan salarismogelijkheden, kunnen wethouders in Nederland een salarisniveau verwachten dat tussen de €77.000 en €160.000 per jaar ligt. Dit maakt het beroep aantrekkelijk voor ambitieuze politici die een carrière in het openbaar bestuur ambiëren.
Naast het salaris komen wethouders ook in aanmerking voor secundaire arbeidsvoorwaarden. Zo ontvangen zij vakantiegeld, dat 8% van hun jaarlijkse salaris bedraagt. Dit extra geld geeft wethouders de mogelijkheid om te genieten van een welverdiende vakantie. Daarnaast ontvangen zij ook een eindejaarsbonus ter waarde van 8,3% van hun jaarlijkse salaris. Deze bonus is een extra blijk van waardering voor hun inzet gedurende het jaar.
Kortom, of je nu in de hoge of lage salarisschalen zit, het salarisniveau van een wethouder in Nederland biedt financiële stabiliteit en beloningen voor hun publieke diensten. Bovendien zijn er secundaire arbeidsvoorwaarden zoals vakantiegeld en een eindejaarsbonus die het totale pakket compleet maken.
Ambtstermijn van een wethouder in Nederland
Een ambtstermijn van een wethouder in Nederland eindigt bij het aantreden van een nieuw college na de verkiezingen. Dit betekent dat wethouders in principe vier jaar lang aanblijven, tenzij er tussentijdse verkiezingen plaatsvinden. Tijdens deze periode zijn de wethouders verantwoordelijk voor het uitvoeren van het beleid en het nemen van beslissingen op gemeentelijk niveau.
Er zijn echter situaties waarin een wethouder voortijdig aftreedt. Dit kan gebeuren wanneer er sprake is van een vertrouwensbreuk tussen de wethouder en de gemeenteraad. In zo’n geval heeft de gemeenteraad de macht om te beslissen of de wethouder moet aftreden of kan aanblijven. Het is dus de hoogste woord aan de gemeenteraad om te bepalen of een wethouder zijn of haar functie kan blijven uitoefenen.
Daarnaast is het belangrijk op te merken dat het aantal wethouders in een gemeente wordt bepaald door de gemeenteraad en niet volledig afhankelijk is van het aantal inwoners. In grotere gemeenten zijn er doorgaans meer wethouders nodig vanwege de te verwachten hoeveelheid werkzaamheden voor het college. Het aantal wethouders kan variëren, maar er wordt altijd gestreefd naar een evenwichtige verdeling van taken en verantwoordelijkheden binnen het college.
Een interessant historisch feit is dat tot 2002 wethouders deel uitmaakten van de gemeenteraad. Echter, met de invoering van de Wet dualisering gemeentebestuur in 2002 is dit niet meer toegestaan. Sindsdien functioneren de wethouders als aparte bestuurders binnen het gemeentebestuur, gescheiden van de gemeenteraad. Dit wordt gedaan om een duidelijke scheiding van macht en controle te waarborgen binnen de lokale politiek.
Aantal wethouders in Nederland
Uit recent onderzoek blijkt dat er in Nederland in totaal 1483 wethouders actief zijn. Deze bestuurders zijn verantwoordelijk voor het lokale bestuur in de verschillende gemeenten. Na de collegeonderhandelingen zijn er echter wijzigingen opgetreden in het aantal wethouders.
Van deze 1483 wethouders zijn 631 wethouders vervangen door een wethouder van een andere politieke partij (424 wethouders) of een collega van dezelfde partij (207 wethouders). Dit betekent dat ruim 600 wethouders moeten zoeken naar een andere baan of aanspraak moeten maken op wachtgeld.
Het totale aantal nieuwe wethouders komt uit op 761. Daarnaast zijn er nog eens 130 wethouders bijgekomen als gevolg van uitbreiding van de colleges. De verdeling van de wethouders over de politieke partijen is ook interessant om te bekijken.
- Lokale partijen hebben de meeste wethouders, met een groei van 345 naar 393.
- D66 heeft de meeste nieuwe wethoudersposten binnengehaald, namelijk 77, en komt op een totaal van 145 wethouders.
- De PvdA is gezakt van de vierde naar de vijfde partij in wethoudersland, met 133 wethouders.
- De VVD heeft 87 wethoudersposten verloren en heeft nu 196 wethouders.
Deze cijfers geven inzicht in het aantal wethouders in Nederland en de verdeling per politieke partij. Het is interessant om te zien hoe deze aantallen kunnen veranderen na de verkiezingen en collegeonderhandelingen, waardoor wethouders van verschillende partijen vervangen kunnen worden.
Verschil tussen wethouder en burgemeester in Nederland
In Nederland is er een duidelijk verschil tussen een wethouder en een burgemeester. Terwijl de burgemeester de voorzitter is van de gemeenteraad en verantwoordelijk is voor de openbare orde en veiligheid in de gemeente, maakt de wethouder deel uit van het dagelijks bestuur van de gemeente. De burgemeester heeft dus eigen taken en bevoegdheden, maar is niet zelf lid van de gemeenteraad.
De taken en verantwoordelijkheden van de burgemeester omvatten onder andere het voorzitten van de gemeenteraad en ervoor zorgen dat de vergaderingen goed verlopen. Echter, de burgemeester mag zelf geen stem uitbrengen of onderwerpen inbrengen tijdens deze vergaderingen. Naast deze taken is de burgemeester verantwoordelijk voor het beleid binnen de gemeente. Dit betekent dat de burgemeester ervoor zorgt dat het college van burgemeester en wethouders het beleid op tijd voorbereidt, vaststelt en uitvoert.
De wethouder daarentegen maakt deel uit van het college van burgemeester en wethouders en bestuurt samen met de burgemeester de gemeente. Het college is verantwoordelijk voor het uitvoeren van het beleid en de wethouders hebben hierin een belangrijke rol. Zij hebben elk hun eigen portefeuille, waar zij verantwoordelijk voor zijn. Dit kan bijvoorbeeld gaan om financiën, onderwijs of ruimtelijke ordening.
In het kort, de burgemeester is de voorzitter van de gemeenteraad, verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid en zorgt ervoor dat het beleid wordt uitgevoerd. De wethouder daarentegen maakt deel uit van het college van burgemeester en wethouders en heeft zijn of haar eigen verantwoordelijkheden binnen het beleid van de gemeente.
Uitdagingen en verantwoordelijkheden van een wethouder in Nederland
Een wethouder in Nederland heeft te maken met verschillende uitdagingen en verantwoordelijkheden. Uit onderzoek blijkt dat de wethouder voor minstens de helft van de valpartijen directe invloed heeft door eigen gedrag of nalaten. Het is daarom wenselijk dat er een betere voorbereiding, scherpere selectie en professionelere uitvoering en begeleiding plaatsvindt tijdens het wethouderschap, om het aantal valpartijen te verminderen.
Daarnaast kan meer professionalisering van het wethouderschap leiden tot efficiëntere en effectievere uitvoering van taken. Echter, dit kan ook het einde betekenen van het politieke wethouderschap. Het is dus belangrijk om een goede balans te vinden tussen politisering en professionalisering, aangezien beide aspecten samenhangen en invloed hebben op het ten val komen van wethouders.
Betrokken partijen, zoals politieke partijen, de gemeenteraad en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, kunnen ook een rol spelen bij het beheersen van het ten val komen van wethouders. Het tussentijds vertrek en de politieke val van wethouders laten een stabiel patroon zien in de periode 2002-2018. De positie van de wethouder staat sinds de introductie van de dualisering in 2002 onder druk en de rol van de wethouder als invloedrijke bestuurder is veranderd.